Voedingscentrum.nl maakt gebruik van cookies. Waarom? Lees onze uitleg.
Menu
Zoek

Gezond eten draagt bij aan een beter milieu

Is gezonder eten beter voor het milieu? Ja, dat is het. Veel ongezond eten wordt gemaakt in fabrieken. Denk aan snoep, snacks en frisdrank. Die fabrieken voeren veel handelingen uit om tot het eindproduct te komen. Dat kost veel energie. En alles moet verpakt worden. Dit is allemaal niet zo goed voor het milieu. En producten zoals snoep, snacks en frisdrank heb je helemaal niet nodig voor je gezondheid. Ook minder vlees eten is goed voor jezelf en het milieu.

Van boer naar bord

Er is veel nodig voordat je eten op je bord ligt. De boer heeft grond, mest en water nodig om eten te laten groeien. Vervolgens wordt het eten vervoerd met vliegtuig, boot of vrachtwagen. In fabrieken worden allerlei producten gemaakt. Het wordt verpakt, in karton of plastic. We koelen, vriezen en koken het. Dit heeft allemaal impact op het milieu.

Gezond is beter

Algemeen kun je zeggen: hoe minder er nodig is voordat eten op je bord ligt, hoe beter voor het milieu. Voor veel gezonde producten is minder nodig dan voor ongezonde producten. Vergelijk bijvoorbeeld een stuk fruit met een koekje. Fruit hoeft niet naar een fabriek, een koekje wel. Een koekje heeft een verpakking nodig, een banaan niet. Voor een koekje zijn veel verschillende ingrediënten nodig. En wat te denken van de ovens die nodig zijn om ze te bakken.

Veel producten die bewerking in een fabriek nodig hebben, zijn ook niet zo gezond. Kant-en-klaarmaaltijden, pizza, snoep, ijs, chips, frisdrank, sap, alcohol… je lichaam heeft er maar weinig aan.

Van een dier of van een plant?

Ons milieu en vlees

Anders dan planten laten koeien en varkens scheten en poepen ze. Hierbij komen gassen vrij. In de lucht dragen deze gassen bij aan het opwarmen van de aarde, net zoals auto’s en vliegtuigen dat doen. Ook komen stoffen uit de mest terecht in de grond en in het water. Sommige planten en dieren uit de natuur kunnen niet tegen deze stoffen. Zij gaan dan dood.

Verder is er ook veel land nodig om veevoer te laten groeien en vee te laten grazen. Dat gaat ten koste van natuur en bossen.

Je gezondheid en vlees

Vlees is gezond, maar te veel is niet goed. Let op met de volgende soorten:

  • Rood vlees: rundvlees, varkensvlees, lams- en geitenvlees.
  • Vlees dat in een fabriek is bewerkt, zoals een hamburger, worst of vleeswaren voor op brood. Er wordt dan bijvoorbeeld veel zout in gestopt.

Neem je van dit soort vlees niet te veel, dan heb je later wat minder kans op:

  • Beroerte
  • Suikerziekte (diabetes type 2)
  • Darmkanker
  • Longkanker

Wat is niet te veel? Goede vraag! Ons advies is om niet meer dan 500 gram vlees en vleeswaren per week te eten, waarvan maximaal 300 gram rood vlees. Minder of geen vlees eten kan ook.

Win-win-win

Als je kiest om vlees één of meerdere dagen per week te vervangen, kies je voor je gezondheid én een beter milieu. Dubbel winst dus! Vlees hoef je niet helemaal te laten staan. Maar weet dat er meer is dan vlees alleen. Een dagje vlees inruilen voor een vleesvervanger scheelt al een hele hoop. Het is trouwens ook een stuk goedkoper, dus ook nog winst voor je portemonnee.

Goede vleesvervangers zijn bijvoorbeeld noten, eieren, tofu en peulvruchten (zoals kidneybonen, bruine bonen, linzen en kikkererwten). Hoe je lekker kookt zonder vlees? Bekijk onze recepten.

Gaat gezond eten dan altijd samen met een beter milieu?

Meestal wel. Maar zwart-wit is het helaas niet: soms kan een gezonde keuze minder goed zijn voor het milieu. Denk aan peultjes of aardbeien die met het vliegtuig naar Nederland komen. Hartstikke gezond, maar vliegen is niet erg milieuvriendelijk. Gelukkig komt het meeste groente en fruit met de boot of groeit het dichtbij.

Ook kan iets heel goed zijn voor het milieu, maar wat minder goed voor je eigen gezondheid. Neem een vegetarische burger. Super voor het milieu als je dat neemt in plaats van kip of rundvlees. Maar die vega-burgers zijn vaak veel te zout.

Het gaat uiteindelijk om het geheel van wat je eet en drinkt. Eet je veel groente, fruit, volkoren graanproducten, bonen, olie en noten? Drink je vooral kraanwater? Neem je wat minder vlees en niet te veel zuivel? En neem je niet zoveel snoep, snacks of frisdrank? Dan eet je in grote lijnen goed voor jezelf en ons milieu.

Meer lezen?

Is duurzaam eten duurder?

Je hoeft niet te kiezen voor duurdere voedingsmiddelen met een keurmerk om duurzamer te eten. Je kunt ook andere keuzes maken in wat voor eten je koopt, hoe je kookt, en slim omgaan met restjes. Daardoor kun je je impact op het milieu en de aarde verlagen.

Wil je echt duurzamer gaan eten? Deze keuzes hebben een positief effect op het milieu:

  • Eet minder dierlijke producten, zoals (bewerkt) vlees, vis, zuivel en eieren, en meer plantaardig.
  • Kies voor producten die in de Schijf van Vijf staan en eet minder snacks, koek, gebak en chocola.
  • Drink minder frisdranken en alcohol.

Kosten duurzaam eten

Duurzamer eten is ook goedkoper. Juist dierlijke producten zoals vlees en kaas zijn relatief duur. Als je in plaats van rund- en varkensvlees regelmatig peulvruchten, noten of ei eet en in plaats van alcoholische dranken water of thee drinkt ben je goedkoper uit.

Onderzoek heeft aangetoond dat je al voor € 2,60 per dag gezond en duurzaam kunt eten. In het boek " Lekker voor weinig" staan gezonde recepten voor € 2,- per persoon. De meeste van deze recepten hebben een lage milieudruk.

In de onderstaande video vertelt Corné van Dooren, expert Duurzaam Eten van het Voedingscentrum, meer over keurmerken op eten en kosten.

Invloed van eten op het milieu

Voedsel heeft een enorme impact op het milieu. Het produceren van eten en drinken kost grondstoffen en energie en er gaat natuur verloren. Maar liefst 20 tot 35% van de milieubelasting en CO2-uitstoot komt van voedsel. Dat is nog meer dan bij vervoer. Door duurzamer te eten kun je je milieu-impact van je voedsel tot wel 50% verlagen. En je slaat 2 vliegen in 1 klap, want als je duurzamer eet, eet je meteen ook gezonder.

sluiten
Wat heeft eten met milieuvervuiling en klimaatverandering te maken?

Eten en drinken produceren kost veel energie en er is grond, mest en water voor nodig. Daarnaast moet voedsel worden verpakt, gekoeld en vervoerd. Dit zorgt voor milieuvervuiling en uitstoot van gassen. Hierdoor warmt de aarde op en verandert het klimaat. Hieronder leggen we uit hoe dit zit.

Wat heeft eten met milieuvervuiling en klimaatverandering te maken

Broeikasgassen en opwarming van de aarde

Door activiteiten van mensen ontstaan er gassen in de lucht. Deze gassen zorgen ervoor dat de warmte van de zon wordt vastgehouden. Omdat er steeds meer mensen op aarde zijn en ze meer energie gebruiken, komen er steeds meer gassen in de lucht en warmt de aarde sterker op dan vroeger. Dat heet het broeikaseffect. Door de opwarming van de aarde verandert het klimaat. IJskappen smelten en het zeewater komt hoger te staan. Dit is een risico voor de mens en de natuur.

Een van die broeikasgassen die ontstaat is kooldioxide (CO2). Vooral bij het verbranden van brandstoffen, zoals kolen, aardgas en aardolie komt er veel CO2 in de lucht.

Veel brandstof nodig voor eten

Voor het produceren van eten is veel brandstof nodig en zo ontstaan veel broeikasgassen. De landbouw verbruikt de meeste brandstof. Onder andere voor het verwarmen van tuinbouwkassen, het laten rijden van landbouwmachines en het maken van kunstmest. Ook fabrieken die voedsel verwerken gebruiken veel brandstof.

Daarnaast moet eten naar de winkel worden vervoerd. Dat gebeurt per vrachtwagen, boot en vliegtuig. Van alle vrachtwagens rijdt er 1 op de 3 voor het vervoeren van voedsel. Voedsel wordt meestal meerdere keren vervoerd voordat het in de winkel ligt, omdat het vaak op een andere plek wordt bewaard en verpakt. Als boodschappen met de auto naar huis worden vervoerd, kost ook dit brandstof. Verder heb je thuis brandstoffen nodig om te koken, koelen en vriezen.

Vlees en zuivel meeste uitstoot

Van al het voedsel zorgt vlees en zuivel voor de meeste uitstoot van broeikasgassen. Dat komt omdat koeien en varkens broeikasgassen (methaan en lachgas) uitstoten via hun mest, en doordat ze boeren en scheten laten. Ook is er veel veevoer nodig. Voor het verbouwen van veevoer zoals soja, of voor het laten grazen van koeien, wordt er vaak bos gekapt. Daarbij komen veel extra broeikasgassen vrij. Dit komt omdat natuur, zoals bos en veengrond, heel veel kooldioxide vasthoudt. Bij het ontginnen van deze grond komen er dus broeikasgassen vrij.

Natuurlijke bronnen

Het maken van eten heeft nog andere effecten op het milieu. Boeren en fabrikanten gebruiken allerlei natuurlijke hulpbronnen. Ze hebben bijvoorbeeld veel land en water nodig om voedsel te verbouwen, veevoer om dieren groot te brengen en hout, glas en plastic om verpakkingen te maken. Zo wordt er steeds meer ruimte op aarde gebruikt voor de productie van voedsel en raken natuurlijke bronnen uitgeput.

Vervuiling

Bij het produceren van voedsel ontstaat er ook vervuiling. Bijvoorbeeld door plastic verpakkingen die worden weggegooid, bestrijdingsmiddelen die terechtkomen in de grond en in sloten, en fijnstof die ontstaat bij het houden van kippen en varkens. De grootste vervuiling ontstaat doordat er te veel stikstof en fosfaat uit mest terechtkomt in de lucht, de bodem en in het water. Daardoor wordt de natuur verstoord. Dieren en planten gaan dood en ook voor mensen is het ongezond.

Wat kun je zelf doen?

Alles wat je eet en drinkt heeft invloed op het milieu. Maar door slim te kiezen kun jij de invloed van jouw eten op het milieu flink verminderen en in sommige gevallen zelfs halveren. Voor het milieu maakt het namelijk veel uit of je bijvoorbeeld een biefstuk eet of bonen, en bier drinkt of water.

Kijk hier hoe je je impact op het milieu kunt verlagen en duurzamer kunt eten.

sluiten
Waarom is minder vlees eten beter voor je gezondheid en het milieu?
Minder vlees eten is beter voor je gezondheid en het milieu. Door minder vlees te eten en dit vaker te vervangen door peulvruchten en noten verlaag je het risico op verschillende ziekten. Minder vlees eten leidt ook tot minder uitstoot van broeikasgassen, waardoor het milieu minder wordt belast.
minder vlees eten beter voor je gezondheid en milieu

Vlees en gezondheid

Vlees bevat nuttige voedingsstoffen, zoals eiwit, B-vitamines en ijzer en kan bijdragen aan een gezond voedingspatroon. Maar als je te veel vlees eet, dan kan dit juist slecht zijn voor je gezondheid. Het eten van veel bewerkt vlees en rood vlees hangt samen met een hoger risico op een beroerte, diabetes type 2, darmkanker en longkanker. Het eten van veel rood vlees (100 tot 120 gram per dag) hangt samen met een:

  • 10% hoger risico op beroerte
  • 10% hoger risico op darmkanker
  • 15% hoger risico op diabetes type 2
  • 20% hoger risico op longkanker

Het eten van 50 gram bewerkt vlees per dag heeft een sterker verband met bovengenoemde ziektes dan rood vlees. Daarnaast bevat bewerkt vlees meestal veel verzadigd vet en zout.

Door vlees vaker te vervangen door peulvruchten, noten of ei verlaag je het risico op verschillende ziekten. Bekijk hier alternatieven voor vlees.

Vlees en milieu

Minder vlees eten levert ook winst op voor het milieu. Voedsel is verantwoordelijk voor 20 tot 35 procent van de uitstoot van alle broeikasgassen. Meer dan de helft daarvan komt van vlees en zuivel. Minder vlees eten levert al snel veel milieuwinst op. Door bijvoorbeeld per week 100 gram minder vlees te eten, verlaag je de broeikasgassenuitstoot van je voedingspatroon al met 5 tot 10 procent.

Vlees heeft zoveel impact op het milieu omdat er veel land, water en voer nodig is voor het houden van vee. Veevoer moet ook weer worden verbouwd en vervoerd. Daarnaast zorgen dieren voor veel uitstoot van broeikasgassen door boeren, scheten en mest. De impact van peulvruchten, ei en noten is veel lager. De klimaatbelasting van peulvruchten is zelfs 10 keer lager dan van rundvlees. Lees hier meer over eten en het milieu.

Advies: beperk vlees

Minder vlees eten is gunstig voor je gezondheid en het milieu. Daarom is het advies om niet meer dan 500 gram vlees per week te eten, waarvan maximaal 300 gram rood vlees. Onbewerkt vlees staat in de Schijf van Vijf, bewerkt vlees valt er buiten.

Luistervoer

Je hoort steeds vaker dat minder vlees eten beter is voor je gezondheid en voor het klimaat. Het weten is één ding, maar hoe vervang je dat biefstukje nou op een manier dat je niet alleen een duurzamere maar ook gezonde keuze maakt? En is een volledig vegetarisch of zelfs veganistisch eetpatroon per definitie gezonder en duurzamer? Onze experts Corné van Dooren (expert Duurzaam Eten) en Iris Groenenberg (expert Voeding en Gezondheid) gaan er dieper op in.
Luister naar de Podcast

sluiten
Is plastic waarin groente is verpakt, onnodig milieuvervuilend?

Folie en ander verpakkingsmateriaal is niet zinloos of onnodig. Het zorgt ervoor dat groente minder snel bederft. Wil dit zeggen dat je beter altijd voor verpakte groente kunt kiezen? Nee, als je zeker weet dat je de groente binnen enkele dagen opeet, dan is onverpakt beter.

Het lijkt onzinnig, zo’n hermetisch verpakte komkommer. En nog lastig als je hem wilt opeten ook. En waarom zijn paprika’s, wortels en andere groenten vaak in plastic gehuld? Verpakkingen lijken op het eerste gezicht misschien overbodig, maar ze hebben wel degelijk een functie. Ze zorgen ervoor dat je groente langer vers en lekker blijft.

Verpakte groenten gaan tot drie keer langer mee dan niet-verpakte groenten. </p

Vers houden en beschermen

Groenten belanden niet meteen van het land op je bord. Tenzij je een eigen moestuin hebt, of altijd naar de boer om de hoek gaat. Na de oogst duurt het even voordat groenten in de winkel liggen. Pas een tijd later komen ze via de winkelkar in je pan terecht.

Omdat groenten nog een aardige weg afleggen, worden ze verpakt. Zo kunnen ze tegen een stootje en blijven ze vers. Door groenten op een bepaalde manier te verpakken, wordt de zuurstof gereguleerd en drogen ze niet uit. Dit voorkomt bederf. Verpakte groenten gaan tot drie keer langer mee dan hun niet-verpakte zusjes.

Per saldo minder milieubelasting

Een verpakking levert afval op en het kost energie om de folie te maken. Toch is het per saldo gunstiger voor het milieu om voedsel te verpakken, zo hebben onderzoekers van de Wageningen Universiteit uitgezocht. Door te verpakken gaat er namelijk een stuk minder groente verloren, en zo wordt er dus minder verspild. Bij de boer, in de winkel en ook bij jou thuis. Verpakkingen zorgen voor 10% van de milieubelasting van het product.

Doordat er minder bederf is, gooi je minder weg en hoeft er ook minder nieuwe groente te worden geproduceerd. En vrachtwagens hoeven minder vaak heen en weer te rijden tussen de winkels en producenten. Alles bij elkaar scheelt dat veel energie en grondstoffen. Voor een goede recycling is het wel belangrijk dat je het plasticafval gescheiden inlevert, namelijk bij het PMD. Let er verder op dat er geen overbodige, extra verpakking gebruikt is.


Verpakt of niet-verpakt?

Wil dit zeggen dat je beter altijd voor verpakte groente kunt kiezen? Nee, dat hoeft niet. Als je zeker weet dat je de groente binnen enkele dagen opeet, dan is onverpakt beter. Kies voor verpakt als je de groenten pas later in de week opeet. Een goede weekplanning – wanneer eet je wat – is dus handig.

Kies bij voorkeur voor seizoensgroenten. Deze blijven langer goed, omdat ze direct van het land komen, en belasten het milieu minder.

sluiten
Is bewerkt eten slechter voor het milieu dan onbewerkt eten?

Kijk je naar een gemiddeld eetpatroon, dan belasten bewerkte producten het milieu meer dan verse producten. Bijvoorbeeld snoep, snacks en frisdrank belasten het milieu meer dan fruit, noten en kraanwater. Het gaat daarbij niet alleen om broeikasgassen, maar ook om het gebruik van energie, land en water. Sterk bewerkte producten (zogenoemde ultra-processed foods) leveren vaak weinig gezonde vetten, eiwitten, vezels, vitamines en mineralen en veel calorieën. Het zijn producten die je dus qua voedingswaarde eigenlijk niet nodig hebt. Door deze producten vaker te laten staan, draag je bij aan je eigen gezondheid en het milieu.

Over het algemeen is kiezen voor minder bewerkt eten en zelf koken met verse producten een goede vuistregel als je gezonder en duurzamer wilt eten. Hierdoor ga je waarschijnlijk bewuster om met eten, kook je zelf met veel groente, laat je zoute voorverpakte soepen en sauzen achterwege en eet je minder snacks en snoep tussendoor.

Soorten bewerking

In het figuur hieronder zie je hoeveel de voedselketen en het huishouden bijdraagt aan de klimaatbelasting. De grootste belasting vind je bij de boerderij. Maar de verwerking van voedsel in fabrieken (ongeveer 17%) en verpakkingen (5%) leveren ook een grote bijdrage. Bewerkte producten hebben vaak meer verpakking dan onbewerkte producten. Als er minder stappen en bewerkingen in een keten zijn, dan scheelt dat energie en transport.

Aandeel broeikasgassen in de voedselketen en huishoudens van boer naar bord (klik op afbeelding voor vergroting)

broeikasgassen in de keten

Bewerkingen kun je niet helemaal mijden. Bijna alle producten die we kopen zijn in de weg van land naar het bord op één of andere manier (een beetje) bewerkt. Groente, fruit en peulvruchten worden bijvoorbeeld ingemaakt, bevroren of gedroogd. Melk wordt gepasteuriseerd en kraanwater gefilterd. Deze bewerking maken producten langer houdbaar en veiliger. En ook kaas, gebrande noten en brood zijn bewerkte producten.

Koelen en vriezen kost bijvoorbeeld veel energie in de keten, vooral als een product ook nog van ver moet komen. Bewerking van groente zoals spinazie en sperziebonen tot conserven (blik, glas) en diepvries kost extra broeikasgassen ten opzichte van verse producten. De impact is wel lager vergeleken met geïmporteerde groente of groente dat buiten het seizoen uit de kas komt. Het verpakken van groente heeft impact, maar kan ook erg nuttig zijn, omdat je daarmee voedselverspilling kan voorkomen.

Ultra-processed foods

Er bestaat ook een categorie van producten die sterk bewerkt zijn en die per portie veel calorieën, suiker, verzadigd vet en zout bevatten en maar weinig vitamines, mineralen en vezels. Dit noemen we ultra-processed foods. Dat zijn producten uit een fabriek, die 5 of meer ingrediënten bevatten, waaronder vaak zout, suiker, vetten, gehydrolyseerd eiwit, gemodificeerd zetmeel en E-nummers.

Ultra-processed foods kosten niet alleen veel energie om te maken, maar zorgen ook voor veel bijproducten, die verloren gaan als afval of veevoer. Denk aan resten aardappel die overblijven bij het maken van friet en chips, vezels die uit witmeel zijn gehaald en bietenpulp dat overblijft bij de suikerproductie.

In veel snacks, kant-en-klaar producten en gebak zitten vaak dierlijke ingrediënten, zoals room, vlees, kaas en kippenei-eiwit. Deze hebben vergeleken met plantaardige ingrediënten een hoge milieu-impact.

Kant-en-klaarmaaltijden kosten meestal meer energie en broeikasgassen dan wanneer je de maaltijden zelf maakt van verse ingrediënten.

sluiten